Met zijn 17 jaar is Mark Lijnema de Benjamin van de hoofdmacht van zaterdagvierdeklasser Poolster. De student aan het Noorderpoort College in Farmsum voelt zich helemaal geaccepteerd. Hij vermaakt zich prima tussen zijn oudere ploeggenoten. ,,We hebben het erg gezellig met elkaar. Iedereen wil vechten voor elkaar. Ik merk dat ik gewaardeerd word als jonge speler’’, aldus Lijnema.
Debuut Mark Lijnema op 16-jarige leeftijd
In het vorige seizoen mocht Lijnema al een paar keer ruiken aan het spelen in de hoofdmacht van Poolster. Op 16-jarige leeftijd maakte hij zijn debuut tegen Middelstum. Daarna viel hij nog een paar keer voor een paar minuten in. ,,Dat smaakte naar meer’’, blikt hij op zijn invalbeurten terug. ,,Ik mag nog in de jeugd spelen, maar Poolster heeft geen elftal van onder de 19 jaar. Daarom ben ik overgeheveld naar het eerste elftal.’’
Doelpunten maken als spits
Lijnema zegt nog wel even een gewenningsperiode te hebben doorgemaakt. ,,Het tempo in het eerste elftal lag veel hoger. Daar moest ik wel aan wennen. Ook in fysiek opzicht was het anders. Ik ben al niet de breedste, maar inmiddels heb ik daar geen problemen meer mee.’’ Lijnema bekleedt in het elftal de spitspositie. ,,Ik speel het liefst als spits’’, vertelt hij. ,,Soms moet ik ook wel eens links voorin spelen. Dat is afhankelijk van de opstelling waarin wij spelen.’’ Doelpunten maken vindt hij uiteraard het allermooiste. ,,In de voorbereidingsperiode scoorde ik meteen een paar keer.’’
Lijnema wil (nog meer) kansen benutten
Hij zegt dat snelheid en zijn beweeglijkheid tot zijn sterke punten gerekend mogen worden. Lijnema heeft ook nog wat verbeterpunten voor wat betreft zijn spel. ,,Ik moet wat rustiger aan de bal worden en nog meer de kansen benutten’’, zijn de kritische kanttekeningen aan zijn eigen adres. Lijnema zegt nog altijd intens te genieten van zijn eerste doelpunt in het eerste elftal van Poolster. Dat gebeurde in de voorbereidingsfase van dit seizoen. ,,Ik stond bij de tweede paal en kopte een voorzet tegendraads in. Dat was opmerkelijk, want ik maak zelden kopgoals.’’
