Koos K. uit Zeist vreet alle tegenstanders van Nederland op.
De poulewedstrijden van het Nederlandse Elftal op het WK in Brazilië volg ik in het uiterste puntje van Zuidoost Frankrijk aan de voet van de Pyreneeën. In het begin van juni zie je nog niet veel jonge landgenoten. Voornamelijk ‘Grieskoppen’ en jonge gezinnen bevolken de talrijke en nu al zonovergoten campings in Argelès-Sur-Mer.
De geest van de WK waart hier echter ook rond. De gesprekken aan het strand of in de campingwinkel gaan vaak over de vaderlandse voetbalselectie of over hun dwaze coach Louis van Gaal. Eén van die vaste campinggasten is Koos K. uit Zeist. Ik ken Koos K. van deze camping al jarenlang en heb inmiddels een vriendschappelijke band met hem opgebouwd. Door de jaren heen is het duidelijk geworden dat Koos K. een grote liefhebber is van lekker ouwehoeren. Hij maakt op het eerste gezicht een keurige en aimabele indruk. Je weet echter wel beter als je Koos beter leert kennen. Koos is van het soort dat van veel droge humor houdt. De herhalingen van die humor blijven altijd aanslaan en hebben altijd succes. Het is daarom niet vreemd dat Koos K. intens geniet van de humor met herhalingen van bijvoorbeeld in het voetbalprogramma Voetbal International. De kreet ‘grote klootzak’ van trainer Huub Stevens doet het bij Koos K. altijd goed. Dat vindt Koos leuk en ik eigenlijk ook wel.
Koos K. vindt het daarom bijvoorbeeld ook altijd prettig als hij een pepermuntje van mij krijgt aangeboden. Zijn ogen beginnen bij het aanbod van het snoepgoed met daarbij mijn duim naar het kruis gericht en de rest van de vingers naar buiten gericht opzichtig te twinkelen. Dat vindt Koos leuk en ik eigenlijk ook wel.
Koos is bovendien een door de wol geverfde voetbalkenner. Als jongetje bevolkte hij regelmatig met zijn vader de tribune van Feyenoord. Dat is dus zijn cluppie. Daarom heeft Koos wat betreft de opstelling van het Nederlandse Elftal altijd zijn mening klaar staan. Dit jaar is hij met zoveel Feyenoorders in de selectie redelijk tevreden.
Koos K. steekt zijn voorkeur of afkeur nooit onder stoelen of banken. Sommige campinggasten laat hij links, maar anderen krijgen volop aandacht.
Koos heeft ook een rijk gezinsleven. Het grootste gedeelte van de vakantie leeft hij rustig genietend met zijn vrouw Marja van het strand, de fietstochtjes en het lekkere eten. In een groot gedeelte moet Koos echter zwaar aan de bak als zijn dochter Marije, schoonzoon Raymond en de tweeling Luc en Daan hem met een bezoek vereren. Koos vindt het namelijk heerlijk om met grote gemaakt op het kroost te passen. Ik vind dat wel leuk en hopelijk Koos ook.
Koos raakt als de WK nadert helemaal in de ban van het voetbal. Zijn voorbeschouwingen zijn lyrisch en aansprekend. Dat vindt Koos leuk en ik eigenlijk ook wel.
Koos gaat waarschijnlijk heel ver in het vooraf beïnvloeden van de komende tegenstanders. De dag vooraf aan de eerste confrontatie is hij volgens ‘kennissen’ naar het naburige land Spanje geweest om er goedkoop drank in te slaan. Koos neemt daar echter ook van de gelegenheid om twee bejaarde oude Spanjaarden op een terrasje flink aan hun ballen te draaien. ,,Zo draaien we jullie de nek om”, heeft Koos vast de van pijn piepende Spaanse knarren toegebeten.
De volop beladen strijd volg ik gezeten naast Koos K. Koos heeft voor mij en mijn vrouw een plekje helemaal vooraan vastgehouden. ,,Dan hebben we geen lawaai voor ons”, weet Koos stellig. Even later wordt het gemoed van Koos danig op de proef gesteld. Een zestal jonge luidruchtige Duitsertjes gaan pal voor de voeten van Koos met autootjes spelen. De voor Koos niet erg prettig in de oren klinkende taal heeft bij Koos een averechtse uitwerking. Na de openingsgoal van Spanje wordt het humeur van Koos nog meer op de proef gesteld. De jonge Duitsertjes gaan zich met het spel bemoeien en roepen tot grote ergernis van Koos. ,, Holland macht ein Eigentor”. De tot op het toppunt van woede geraakte Koos veert na de gelijkmaker van alle Hollanders het meest op. Triomfantelijk schreeuwt hij tegen de kleine oosterburen:,, Holland hat ein Tor gemacht”. De Duitsertjes zijn tot zwijgen gebracht en uiterwaard de Spaans getinte Fransozen ook. Dat vindt Koos leuk en ik eigenlijk ook wel.
Vooraf aan het duel tegen Australië gaat Koos volgens de berichten niet van de camping af. ,,Hij is aan het vissen”, zeggen de buren van Koos. In de avonduren ligt er een groot brok vlees te braden op de barbecue van Koos. Hij heeft een bever in het aangrenzende riviertje van de camping buit gemaakt. Hij maakt iedereen waarschijnlijk wijs dat het een uit de dierentuin ontsnapte kangoeroe is. ,,We eten jullie met huid en haar op”, schijnt Koos tegen de bijna aangebrande halve bever vijandig geschreeuwd te hebben.
De wedstrijd tegen Australië wordt deze keer door ons in het iets minder grote restaurant van de camping gevolgd. Koos is in eerste instanties niet mijn buurman, maar na wat gepruttel belandt hij toch naast me. Ik heb het geweten. Bij elk spannend moment knijpt Koos me geniepig en met een zware grijns op zijn gezicht net boven de voor mij zo gevoelige rechterknie. Ik heb het echter overleefd, maar voel me de volgende morgen toch niet helemaal optimaal vanwege de grote hoeveelheid gerstenat die we nuttigden. Dat vindt Koos leuk, maar ik iets minder leuk.
De avond voor de wedstrijd tegen Chili kruipt Koos volgens ooggetuigen stilletjes uit zijn caravan. Sluipend begeeft hij zich naar het nabijgelegen strand. Het is er doodstil. Slechts een paar verliefde stelletjes genieten van de sterren en de volle maan. Koos zoekt ijverig naar slachtoffers voor de wedstrijd tegen Chili. Opeens ontwaart hij een jong verliefd Frans stelletje dat net zo goed als een Chileense koppel kan doorgaan. Koos grijpt doodstil en naderbij sluipend een enorme bak met Chilipoeder. Van achteren strooit hij het poeder over de geschrokken hoofden van de verliefde tortelduifjes. Hij smeert er vervolgens vliegensvlug wat lijm overheen en roept ”Zo drogen we jullie morgen af.” Dat vindt Koos leuk en ik eigenlijk ook wel.
Tijdens de wedstrijd zit Koos weer naast me. Hij doet verwoede pogingen mijn geteisterde knie wederom te kraken. Het lukt hem deze keer minder goed. Ik ben op mijn hoede tegen deze laffe aanvallen van die schurk.
Na de gewonnen wedstrijd tegen Chili is Koos er van overtuigd dat gastland Brazilië onze volgende tegenstander is. Daarom heeft hij volgens ingewijden al een nieuw slachtoffer gekozen. De volgende dag bevindt Koos in alle vroegte op het strand. Tegen de duinrand ligt een bekoorlijke jonge vrouw met fraaie rondingen in een groene bikini te zonnebaden. Koos wikt en weegt en gaat in allerijl terug naar de camping. Een vijftal minuten later keert hij met een grote steelpan in de hand terug. De steelpan is gevuld met geel eierdooier. Koos besluipt de rondborstige schoonheid en besprenkelt haar plots van top tot teen met de gele eierdooier. Vervolgens likt hij de verbaasde schoonheid helemaal schoon. ,, Dit is het pas het begin, want straks vreet ik je op”, zegt Koos.
De wedstrijd tegen Brazilië vindt echter nu nog niet plaats. Koos keert terug naar Nederland en ik rijd ook samen met mijn vrouw naar het hoge noorden. Hoe Koos het resterende deel van het toernooi gaat invullen is me niet bekend. Men is in Zeist echter vanaf nu gewaarschuwd.
